De palmvrucht heeft relatief weinig oppervlakte en bestrijdingsmiddelen nodig. Dat maakt palmolie goedkoop en effectief, waardoor de vraag ernaar steeds meer toeneemt. Het wordt vooral gebruikt in voedingsmiddelen, maar ook in bijvoorbeeld zeep, veevoer, cosmetica, en babyvoeding.
Palmolie bevat veel verzadigd vet en het is net als sojaolie en zonnebloemolie niet gezond om te verhitten. Het is met name opletten voor geharde palmolie; geharde palmolie is palmolie dat sterk verwerkt is. Dit is dan ook de boosdoener voor onze gezondheid.
"Palmolie bevat meer verzadigd vet dan andere oliesoorten. Verzadigd vet staat bekend om de ongunstige gezondheidseffecten. Zo verhoogt verzadigd vet het LDL-cholesterol. Op die manier vergroot verzadigd vet het risico op hart- en vaatziekten."
Palmolie is niet duurzaam en niet milieuvriendelijk
Regenwouden verdwijnen, terwijl we die juist zo hard nodig hebben voor CO2. Bepaalde diersoorten, zoals de orang-oetan, sterven uit. Ook ontstaan er vaker bosbranden, wat extra milieuvervuiling met zich meebrengt.
Palmolie zit dus in eten, moet ik dit vermijden? Palmolie vervangen door oliën zoals kokosolie, sojaolie of zonnebloemolie, lost de problemen van ontbossing en natuurverlies niet op. Deze planten hebben namelijk ook een plek nodig om te groeien én leveren minder olie per hectare dan de oliepalmvrucht.
Calvé pindakaas bestaat uit heel veel pinda's, een beetje zout en plantaardige oliën (raapzaad en soja), waarvan een klein deel palmolie is. Calvé kiest voor palmolie omdat de opbrengst per hectare 4 tot 10 keer hoger is dan andere plantaardige oliën.
Palmolie is door zijn eigenschappen een wondermiddel en zit niet alleen in heel veel voedingsproducten maar ook in make-up en schoonmaakmiddelen en biodiesel. In pindakaas zorgt het voor een stabiele, smeuïge structuur. Zo gaat de pindakaas niet scheiden zoals bij 100% pinda-varianten.
Het gehalte verzadigd vet is relatief laag en dat is goed voor het hart en de bloedvaten. Kies dan wel een pindakaas zonder kokos- of palmolie; dit zijn verzadigde vetten en verhogen het LDL (slechte) cholesterol en daarmee de kans op een hartinfarct en beroerte.
In veel producten zou je palmolie kunnen vervangen door kokosolie of een mix van sojaolie, raapzaadolie en zonnebloemolie. Maar kokosolie en sojaolie zijn ook tropische producten.
De meeste oliesoorten hebben een hoog gehalte aan gezonde onverzadigde vetten en bevatten slechts weinig van het minder gezonde verzadigde vet. Bij palmolie is het omgekeerd. Ongeveer de helft van het vet is verzadigd vet. Ter vergelijking, bij olijfolie of zonnebloemolie ligt het percentage verzadigvet op 11-15.
Het totale palmolie-areaal in Indonesië is ongeveer 7.1 miljoen hectare en in Maleisië ongeveer 4.6 miljoen hectare. In Zuidoost Azië is 45% van de palmolieplantages aangelegd op plekken waar eerst regenwoud was. Palmolie zit niet alleen in voeding. Het is ook een grondstof voor biodiesel.
De productie van palmolie is slecht voor het milieu en voor soorten als de orang-oetan, vanwege ontbossing, branden en veenontginning. Als we dan toch plantaardige oliën consumeren, zou het beter zijn daarvoor gewassen als olijf, zonnebloem, koolzaad en soja te nemen.
Palmolie is een van de meest gebruikte plantaardige oliën ter wereld. Het is een belangrijke grondstof die allerlei producten smeuïg of stevig maakt: van margarines, koekjes en ijs tot lippenstift en zeep. Ongeveer 85 procent van de wereldwijde palmolie wordt geteeld in Indonesië en Maleisië.
Shea boter wordt gewonnen uit de vruchten van de kariteboom, die niet groeit op plantages maar uitsluitend in de vrije natuur van de Afrikaanse savanne. De noten worden geraapt, gekraakt, gewassen en verwerkt tot 100% plantaardige shea boter.
Op sommige producten waar palmolie in zit, staat het RSPO keurmerk. Dit keurmerk geeft aan dat minimaal 95 procent van de palmolie in een product duurzaam geproduceerd is. Op de website van Milieu Centraal vind je een Keurmerkenwijzer met een beschrijving van het RSPO keurmerk.
Conclusies: Palmolieconsumptie resulteert in hogere LDL-cholesterolwaarden dan andere natuurlijke onverzadigde plantaardige oliën . Palmolie kan echter de voorkeur hebben boven transvetrijke oliën op basis van het effect op HDL-cholesterol.
Pindakaas gemaakt van uitsluitend pinda's is vaak niet zo smeuïg. Daarom wordt er extra olie zoals zonnebloem-, raap- of sojaolie toegevoegd. Maar olie is vloeibaar en heeft de neiging te gaan drijven: dan ontstaat er een olielaagje op de pindakaas, dat je er telkens door moet roeren.
De meeste huishoudelijke kooktoestellen worden zelden warmer dan 200 graden Celsius. U kunt dus extra vierge olijfolie of palmolie gebruiken om te bakken, afhankelijk van uw voorkeur .
Natuurlijke pindakaas is vaak voedzamer omdat het meestal alleen pinda's en soms zout bevat. Het is ook vaak vrij van ingrediënten die u wellicht wilt beperken of vermijden, zoals toegevoegde suiker of palmolie .
Het Voedingscentrum zegt daarover: "Palmolie bevat meer verzadigd vet dan andere oliesoorten. Verzadigd vet staat erom bekend niet goed te zijn voor de gezondheid. Zo verhoogt verzadigd vet het LDL-cholesterol. Op die manier vergroot verzadigd vet het risico op hart- en vaatziekten."
Niet-100% pindakaas is beter te smeren. Er zijn stoffen aan toegevoegd zoals emulgatoren en palmvet om de pindakaas smeerbaar te houden. En dát maakt deze pindakaas minder gezond. Kies je voor pindakaas, neem dan dus een variant met 100% pinda's, zonder toegevoegd zout, suiker, emulgatoren en ander vet.
We gebruiken ongeveer een theelepel duurzaam geproduceerde palmolie in sommige van onze pindakaasjes om ze romig en smeerbaar te houden . Zonder palmolie zouden de pindaoliën zich op natuurlijke wijze scheiden. Daarom is het niet nodig om in onze potten te roeren. We weten dat palmolie een complex, controversieel onderwerp is.
Pindakaasliefhebbers was het misschien al opgevallen, tussen het broodbeleg bij Albert Heijn staat een nieuwe pot: Smeris Pindakaas, zónder palmolie.
Gevolgen van de productie van palmolie
Voor de aanleg van palmolieplantages worden namelijk veel bossen gekapt. Vooral in Indonesië en Maleisië wordt veel land gebruikt voor oliepalmplantages. Dit gaat vaak gepaard met verlies van belangrijke natuurgebieden.