"Soep kan niet zuur worden door onweer zelf, dat is een fabeltje van vroeger. Maar aan onweer gaat warm weer vooraf. Door het warme weer kan de soep zuur worden, want dan kan de soep bederven", legt Lolkje de Vries van het Voedingscentrum uit.
Wanneer er onweer in de lucht hangt, zouden zuivel en andere dierlijke producten in mum van tijd bederven. Verandering in luchtdruk in combinatie met veel elektroden in de lucht zouden hiervan de oorzaak zijn. Maar klopt dit eigenlijk wel? Het antwoord is nee.
Wordt je soep zuur van donder en bliksem? Het antwoord is: neen. Ook al werd dat vroeger vaak gezegd: “opgelet, bij onweer keert je soep gemakkelijk,” werd er wel eens gezegd. Dat zou volgens sommige mensen met de luchtdrukval te maken hebben die aan een onweer voorafgaat.
Beoordeel je soep altijd even voordat je deze gaat eten. Ruikt de soep zuur? Ziet het er onaantrekkelijk uit? Dan is het waarschijnlijk niet meer goed.
De meeste bacteriën overleven het verhittingsproces van soep niet, maar sommige bacteriën vormen sporen. Wanneer de temperatuur van de soep daalt (tussen 7°C – 60°C) kunnen deze sporen zich ontwikkelen tot normale bacteriën en snel vermenigvuldigen, want de kans op bedorven soep aanzienlijk vergroot.
"Soep kan niet zuur worden door onweer zelf, dat is een fabeltje van vroeger. Maar aan onweer gaat warm weer vooraf. Door het warme weer kan de soep zuur worden, want dan kan de soep bederven", legt Lolkje de Vries van het Voedingscentrum uit.
Als je soep wilt bewaren na bereiding, laat hem dan snel afkoelen (zet de pan bijvoorbeeld in een bak koud water of ijs) en zet deze goed afgesloten in de koelkast. Laat restjes niet langer dan 2 uur buiten de koelkast staan.
Samen met de lucht kunnen er bacteriën in de soep terechtkomen waardoor ze sneller bederft. Geen probleem als je ze meteen soldaat maakt, maar meestal is er nog wat over dat je wil bewaren in de koelkast of invriezen voor later. Door de soep te koken na het mixen, dood je die eventuele ongewenste gasten.
Je maakt de lekkerste creme of een bijzondere saus. Toch lukt het niet zoals je had verwacht. De saus wordt korrelig of mengt voor geen meter. Dan is je product in de schift gegaan.
Dan is dat in principe niet erg. Ook als je er echt een voedselinfectie van krijgt is dat meestal alleen vervelend voor jezelf. Alleen als de voedselinfectie komt door listeria en toxoplasmose kan dit gevaarlijk zijn voor je baby. Neem daarom bij diarree of braken direct contact op met je huisarts.
Doordat het serotonineniveau in je bloed stijgt, maakt je lichaam extra adrenaline aan. Hierdoor komt je lichaam in een soort alarmstand, waardoor het anti-stresshormonen aanmaakt. Daardoor neemt het serotonineniveau af in je hersenen, waardoor je je prikkelbaarder en angstiger kunt voelen.
Dat komt doordat voorafgaand aan onweer de lucht warm, vochtig en broeierig wordt. Onder deze omstandigheden vermenigvuldigen bacteriën zich goed. En dit veroorzaakt de zure melk.
Je kunt dus gerust soep maken op een onweerachtige dag, maar laat ze zo snel mogelijk afkoelen (giet ze over in een andere soeppot of kom die in een ijsbad staat, bijvoorbeeld) en bewaar ze daarna in de koelkast.
De badkamer is niet de enige plek die je moet vermijden. U mag bijvoorbeeld uw vaat of uw handen niet wassen tijdens een onweer. Erger nog: je kunt door de bliksem worden getroffen terwijl je naar het toilet gaat, zelfs als je niet in het water zit, wat voor veel andere problemen zou zorgen.
Sluit ramen en deuren. Blijf weg van de ramen. Het licht van de bliksem is immers bijzonder fel en een nabije inslag kan je verblinden.
Een goede soep combineert verschillende smaken en is niet extreem zoet of zuur. Proef dus tijdens het koken constant van je soep en kruid bij waar nodig. Melkproducten zoals kruidenkaas of room maken de soep ook zuurder, dus gebruik deze met mate. Soep die te traag wordt afgekoeld, wordt ook sneller zuur.
Ja, je kan geschifte saus nog eten. De stoffen in het ingrediënt trekken zich los van elkaar, maar veranderen niet.
Vetten en zuren hebben de neiging om van nature niet goed met elkaar te mengen. De aanwezigheid van vet (bijvoorbeeld olie of boter) en zuren (bijvoorbeeld citroensap of azijn) kan ervoor zorgen dat de emulsie in de saus instabiel wordt en de ingrediënten gaan scheiden.
De bouillon mag niet koken, voor een heldere bouillon moet de temperatuur net onder het kookpunt blijven. Door koken wordt de bouillon troebel. Tijdens het trekken van de bouillon kan een schuimlaag ontstaan.
Soep kun je nog 2 dagen bewaren in de koelkast.
Daarna gooi je de soep het beste weg, de kans op gevaarlijke bacteriën is dan namelijk een stuk groter.
Als je soep wilt bewaren na bereiding, laat hem dan snel afkoelen (zet de pan bijvoorbeeld in een bak koud water of ijs) en zet deze goed afgesloten in de koelkast. Laat restjes niet langer dan 2 uur buiten de koelkast staan.
Na het bereiden van de kippensoep, kun je kippensoep maximaal 2 dagen in de koelkast bewaren. Wil je kippensoep langer bewaren? Dan kun je de soep invriezen. Dan kun je de kippensoep maximaal 3 maanden bewaren.
Een schuimlaag op je soep met daarin vervelende stukjes ziet er niet alleen vies uit, het is ook niet zo lekker. Deze laag is namelijk opgebouwd uit vetten uit het vlees in de soep en overige overbodigheden. Hierom moet je je soep afschuimen en wel snel ook.
Een kom kippensoep geeft een warm en gezellig gevoel
Kip bevat een grote hoeveelheid van de stof tryptofaan. Dit is een aminozuur dat helpt bij de aanmaak van serotonine, ons gelukshormoon. Dat zorgt dus voor een gelukkiger en gezellig gevoel. Vooral in combinatie met de warmte die kippensoep afgeeft.