Wanneer je je pasta na het koken spoelt met water, dan spoel je al het zetmeel eraf! Daarmee hecht de saus juist zo goed aan de pasta. Bij koude pastasalades kan dit wel prima.
Redactrice Sofie: "Simpel: pasta die je met saus gaat serveren, mag je niet spoelen omdat je dan het zetmeel wegspoelt dat de saus aan de pasta laat plakken.
Wanneer je de pasta overgiet met koud water, spoel je het zetmeel weg. Het zetmeel maakt de saus die je achteraf over de slierten doet romiger, en zorgt ervoor dat de pasta zich goed vasthecht aan de saus.
Nee, in bijna alle gevallen moet je pasta niet afspoelen nadat het gekookt is . Het is waar dat het afspoelen van noedels of pasta na het koken het kookproces stopt. "Dit staat ook bekend als shocking", zegt Tiess. Maar door afspoelen wordt ook het zetmeelwater verwijderd nadat de noedels zijn gezeefd, wat helpt om saus aan noedels te laten hechten.
Ja, pasta past prima in een gezond dieet. Uiteraard belangrijk om ervoor te zorgen dat je eetpatroon is afgestemd op je totale caloriebehoefte en de verdeling tussen eiwitten, koolhydraten en vetten. Omdat pasta rijk is aan vezels, B-vitamines en mineralen past het goed in een gezond voedingspatroon.
Dus als het aankomt op het spoelen van pasta, verspil die kostbare zetmelen dan niet - de Italianen doen dat zeker niet. Als je een koude pastasalade wilt maken, kun je de noedels natuurlijk spoelen, maar neem in plaats daarvan je tijd en laat ze op natuurlijke wijze afkoelen met een beetje olijfolie .
De zetmeel is de 'boosdoener': zodra de pasta in het kokende water komt, zetten de zetmeelkorrels gedurende de eerste twee minuten uit en knappen ze. Het zetmeel verspreidt zich aan de oppervlakte van de pasta en zorgt zo voor de plakkerigheid.
Ik voeg een beetje slaolie toe aan de pasta als deze gaar is, zodat deze niet aan elkaar plakt.
Het drogen van zelfgemaakte pasta zorgt ervoor dat het zijn vorm beter behoudt wanneer het wordt gekookt en langer houdbaar is. Om het te drogen, snijd je de pasta in reepjes en leg ze op een bakplaat of een met bloem bestoven oppervlak.
De kracht van het kookwater
Wel, pastawater zit vol restjes zout en zetmeel van de pasta die je erin kookte. Als je dat water toevoegt aan de pan waarin je je pasta afwerkt én waarin zich een vet – olijfolie of boter – bevindt, ontstaat er een emulsificatie (of culinaire magie).
Zout is namelijk een smaakversterker. Door zout toe te voegen aan het kookwater krijgt de pasta al meer smaak terwijl het kookt. In Italië wordt trouwens altijd zout aan het kookwater toegevoegd. Wel belangrijk om even te onthouden is dat je het zout het beste kunt toevoegen als het water kookt.
GEKOOKTE PASTA BEWAREN IN DE KOELKAST
Bewaar je pasta in een afgesloten vershoudbakje en zet het binnen 2 uur na koken in de koelkast – zo kan je het nog 2 dagen bewaren.
Reken 1 liter water per 100 g pasta. Voeg flink wat zout toe zodra het water kookt. Doe vervolgens de pasta in de pan en roer even om te voorkomen dat de pasta aan elkaar plakt. Houd de kooktijd van de verpakking aan, maar proef voor de zekerheid al een minuutje eerder of de pasta goed is.
Het klinkt logisch, dat het toevoegen van olijfolie voorkomt dat je pasta aan elkaar plakt. In Italië moeten ze er echter niks van weten. Olie is namelijk hydrofoob, wat betekent dat het niet met water mengt. Als je een scheutje olijfolie aan je pastawater toevoegt, blijft het bovenop het water drijven.
Voldoende water
Per 100 gram pasta ongeveer 1 liter water. Dat heeft verschillende reden. Ten 1e neemt gedroogde pasta behoorlijk wat water op, tot wel 2 keer het eigen gewicht. Ten 2e komt er bij het kookproces zetmeel vrij.
Wij raden af de pasta na het koken af te spoelen. Deze methode werd gebruikt om het overtollige zetmeel van de deegwaren te spoelen. Wanneer de fabrikant tarwe van mindere kwaliteit gebruikt, geven de deegwaren te veel zetmeel af en kleven ze samen.
Het geheim zit in de eerste twee minuten. Om ervoor te zorgen dat de spaghettislierten niet aan elkaar plakken is het belangrijk om de eerste twee minuten hard te roeren. Dit zorgt ervoor dat de losgekomen kleverige zetmeelkorrels niet aan de pasta blijven plakken.
Kook het niet langer dan de aanbevolen tijd, want dan wordt de pasta papperig, het water wordt zetmeelrijk en je krijgt waarschijnlijk plakkerige pasta . Houd tijdens het afgieten een kopje of twee pastawater achter de hand. Je kunt een beetje daarvan aan je pastasaus toevoegen als het te dik is of niet aan je noedels blijft plakken.
Het is belangrijk dat je mie niet te plakkerig wordt, maar ook niet te hard blijft. Om dit te kunnen bereiken moet je de mie eigenlijk altijd koud afspoelen. Daarnaast bestaat er ook een Eiermie, deze mie is gemaakt van tarwe en eieren. Dit geeft deze Mie een fijne en zachte smaak.
" Als je het zetmeel eraf wast, krijg je nooit een mooie, glanzende, samenhangende pasta ." En nu we het er toch over hebben, hierbij een herinnering om wat van het zetmeelrijke kookwater van de pasta te bewaren voor het geval je het nodig hebt om alles bij elkaar te brengen.
Bovenal: Maak geen, we herhalen niet, pastasalade met farfalle . De slappe randen van de vlinderdaspasta zijn al gaar tegen de tijd dat de knoop in het midden al dente is, en bovendien: de gladde textuur vangt niet veel saus op. Nog een vorm om te vermijden? Tortellini.
Pastasalade die nog uit de koelkast rilt, is steviger (vaak onaangenaam) en de smaken van de saus zijn te ingetogen; vetten zijn ook gevoeliger voor stolling. Het is veel beter om de pasta op kamertemperatuur te serveren, waardoor de pasta een aantrekkelijkere textuur krijgt en de smaken vrijkomen.