Maak je moestuin winterklaar Haal het raster tijdelijk weg en knip daarna alle uitlopers met nieuwe plantjes af. Plantjes die je mooi vindt, kan je tijdelijk in een andere bak zetten. De oude planten kan je weghalen. Tot slot verdeel je flink wat compost tussen de overgebleven plantjes.
Aardbeien stekken
Aardbeienplanten gaan niet eeuwig mee, na 2 tot 3 jaar zijn ze aan vervanging toe want de oogst neemt af en de opbrengst wordt steeds kleiner. Gelukkig zorgen ze zelf voor het nageslacht. Elke plant vormt, meestal rond eind juni of juli, meerdere uitlopers.
dek de planten die in de grond staan af met een stukje acryldoek of plastic folie. zet de bakken of potten op een plek waar het vorstvrij is of waar het minder hard vriest. is die mogelijkheid er niet, zorg dan in ieder geval dat de kluit niet uitdroogt. planten niet snoeien voor de winter!
Wil je de uitlopers toch direct afknippen? Knip ze dan in juni af, zet ze op water of in potjes aarde tot ze wortels hebben gevormd, waarna je ze ook in augustus uitplant. Bemest de planten net na het aanplanten en in het voorjaar met een meststof voor aardbeien.
Gele of dode aardbeibladeren worden het hele jaar door verwijderd, ook in de winter. Dit geldt niet alleen voor aardbeien in de tuin, maar ook op het balkon. Ze zijn populair in hanging baskets als vruchtdragende hangplanten. Geel of verwelkt blad verstoort enerzijds het aanzicht en kost anderzijds de plant energie.
Maak je moestuin winterklaar
Haal het raster tijdelijk weg en knip daarna alle uitlopers met nieuwe plantjes af. Plantjes die je mooi vindt, kan je tijdelijk in een andere bak zetten. De oude planten kan je weghalen. Tot slot verdeel je flink wat compost tussen de overgebleven plantjes.
Om de meeste aardbeien te krijgen, ga je best voor een zonnige locatie met goed doorlatende grond. Kies voor gezonde, sterke aardbeiplanten en geef ze voldoende water. Verwijder regelmatig onkruid en gebruik een uitgebalanceerde meststof om een overvloedige oogst van heerlijke aardbeien te garanderen.
Aardbeienplant snoeien
Na de oogst, rond midden juli, kun je de aardbeienplant gaan snoeien. Snoei de uitlopers en oud/ lelijk blad weg. Wanneer je bruine bladeren in de herfst ziet aan de plant, haal deze er niet af. De bladeren bieden bescherming voor de winter.
Aardbeien zijn meerjarige vaste planten en van de heerlijk smakende vruchten van de doordragers kun je dus extra lang genieten. Je kunt er zelfs volgend jaar nog opnieuw van oogsten en misschien ook nog het jaar daarna als je goed voor je aardbeiplanten zorgt.
Bij aardbeien is het raadzaam om na tomaten, aardappelen, tabak, komkommers, frambozen en koolsoorten (kool, bloemkool, broccoli) te planten. Het is ook niet aan te raden om aardbeien na aardbeien te planten.
Verwijder het stro eind maart, of zodra de sneeuw smelt , en laat de rijenhoezen zitten. Rijenhoezen kunnen ook alleen in het vroege voorjaar worden aangebracht. Mulch moet zoals gebruikelijk in de herfst worden aangebracht, maar moet vroeg in het voorjaar worden verwijderd (eind maart of begin april) en onmiddellijk worden gevolgd door het aanbrengen van de rijenhoezen.
Wanneer aardbeien bemesten? Geef je aardbeien in maart of april DCM Meststof Aardbeien & Kleinfruit. Deze meststof is ook geschikt voor de bijbemesting van je aardbeien in pot. Strooi na de oogst, in de zomer, een tweede keer DCM Meststof Aardbeien & Kleinfruit tussen de planten.
In de winter kun je je aardbeien beschermen door de bakken in je kas/serre te zetten. In het voorjaar kun je ze dan weer buiten zetten. Tijdens de winter hebben de aardbeien nauwelijks water nodig in de kas, de planten zijn in rust en hebben eigenlijk niks nodig.
Als je houdt van sappige aardbeien, dan moet je je plant veel water geven. Vooral bij weinig regen moet je regelmatiger begieten. Toch mag de grond tussen de gietbeurten een beetje uitdrogen. Bij bijzonder heet zomerweer kunnen de bladeren van je aardbeienplant wat gaan hangen, ook al is de grond nog vochtig.
Op dezelfde manier als de planten elkaar versterken, kunnen ze elkaar ook verzwakken. Aardbeienplanten trekken bijvoorbeeld witte koolvliegjes aan, een vlieg die erg schadelijk is voor koolsoorten. Zet je aardbeien dus nooit naast koolsoorten in de moestuin.
Aardbeien moeten niet altijd op dezelfde plaats in de tuin of op het balkon worden geplant. Anders zal de grond daar niet meer voldoende voedingsstoffen voor de planten leveren. Zo is er ook geen goede oogst. Er moet altijd een pauze van ongeveer drie jaar tussen zitten.
Oftewel; een aardbeienplant kan wel jarenlang mee gaan maar als je haar in de moestuin zo intensief wilt gebruiken als een moestuinder doet; dan is de plant na 3 tot 4 jaar 'op'.
Voor grote vruchten dun je ook dit jaar de bloeistengels uit. Volwassen planten maken veel uitlopers aan, direct na de bloei. Aan al die uitlopers komen kleine aardbeien plantjes. Je kunt ze gebruiken om de ouder-plant te vervangen, maar vaak wordt de smaak dan wel iets minder dan die van de ouder-plant.
Was de aardbeien grondig, snij ze, en voeg een snuifje zout en drie stevige snuifjes suiker toe. Meng goed en laat even staan op kamertemperatuur. De suiker helpt om de aardbeien wat zoeter te maken, en zorgt voor een rode siroop, terwijl het zout alle smaak die wél in de aardbeien zit, naar boven brengt.
Na ongeveer 6 weken zijn de eerste aardbeien rood. Een aardbeiplant heeft gemiddeld drie trossen aardbeien die na elkaar bloeien. De eerste aardbeien van een tros zijn groot en verder in het seizoen worden ze steeds kleiner.
Plant de aardbeien niet te diep en zorg dat alleen de wortels onder de grond zitten en het hart van de plant boven de grond uitsteekt. Bedek de bodem met stro of mulch om te voorkomen dat de aardbeien op de grond liggen en gaan rotten en om de groei van onkruid tegen te houden.
Zoals bij ander fruit is vooral potas (K) van belang voor een goede vruchtzetting. Kies daarom een aangepaste formule zoals de DCM Meststof Aardbeien & Kleinfruit. Het beste geef je 20-35 g/plant of 60 – 100 g/m². Deze meststof is trouwens ook perfect geschikt voor de bijbemesting van je aardbeien in een pot.
Een barrière van droog materiaal zoals stukjes eierschalen, cacaodoppen, perlite, koffiedik, gedroogde tijm, kalk en basaltpoeder kan dus helpen. Ook heel fijn gemaakte houtsnippers kunnen uitstekend dienst doen als slakken af- weer, ze kruipen er niet overheen. Maai de graskanten vanaf mei regelmatig zeer kort af.
Verschillende problemen zijn verantwoordelijk voor het feit dat aardbeienfruit klein of misvormd is. Bestuivers ondersteunen, beschermen tegen vorst/vrieskou, voedingsstoffen beheren, ziektes en insectenplagen beheersen, irrigeren en onkruid beheren, helpen allemaal om de vruchtgrootte en de verkoopbare opbrengst te vergroten.
De pH voor aardbeienplanten moet, afhankelijk van de grondsoort, tussen 5 en 6 liggen. Op zand- en veengronden in het najaar een kalkmeststof strooien. Als basisbemesting is een gift van gedroogde koemest of oude stalmest in het voorjaar ideaal (let op: geen mest toevoegen bij het planten van de aardbeienplanten).